Heffing box 3 veel te hoog
In 2001 is het huidige belastingstelsel ingevoerd. In box 3 wordt sedertdien het inkomen uit vermogen belast tegen een gematigd (voor Nederlandse begrippen) tarief van 30%. Geheven wordt echter niet over het werkelijke rendement, maar over een forfaitair wettelijk vastgesteld rendement van 4%. Per saldo komt dat neer op een heffing van 1,2% over het vermogen. Bij de invoering van de wet leek dat een gunstige regeling. Er werd wel gesproken over de pretbox.
Niets is minder waar gebleken, want al gauw waren rendementen van 4% of meer een utopie. Bij een renteopbrengst van 1,2% op een spaarrekening (tegenwoordig geen uitzondering) wordt in principe 100% belasting geheven over die rente. Dat kan nooit de bedoeling zijn geweest.
Desgevraagd weigert staatssecretaris Weekers van Financiën om het forfaitair rendement in box 3 (al dan niet tijdelijk) te verlagen. Dit heeft hij geantwoord op vragen van de Tweede Kamer. Enige hoop op verbetering mag geput worden uit de ‘Commissie–Van Dijkhuizen’. Die kijkt op dit moment ook naar de vermogensrendementsheffing.
Extra faciliteit voor investeringen
Onze ministers hebben voorgesteld dat ondernemers, zowel in de inkomsten- als de vennootschapsbelasting, voor investeringen tussen 1 juli en 31 december 2013 willekeurig (dus naar wens) tot maximaal de helft van nieuwe bedrijfsinvesteringen versneld kunnen afschrijven. Dat leidt tot een versnelde aftrek op de winst, waardoor ondernemers de te betalen belasting kunnen verminderen. Het ministerie hoopt hiermee extra impulsen te geven om te investeren. “Dat zorgt voor inkomens en banen die we in deze moeilijke economische tijd goed kunnen gebruiken.” Dat blijkt hard nodig te zijn, want de bedrijfsinvesteringen in het eerste kwartaal zijn met bijna 8% gedaald.
Regeling oldtimers akkoord
Bezitters van oldtimers hebben na veel gelobby in Den Haag een tegemoetkoming gekregen voor de voorgenomen invoering van motorrijtuigenbelasting voor hun oldtimers. Afgesproken is dat de leeftijdsgrens voor belastingvrije auto’s naar 40 jaar gaat. Voor benzineauto’s ouder dan 26 jaar zal een kwart van het normale tarief geheven worden met een maximum van 120 euro per jaar. Om in aanmerking te komen voor het verlaagde tarief mogen de auto’s in de maanden december, januari en februari niet op de weg komen. Auto’s met dieselmotoren en auto’s met een LPG-installatie zijn uitgezonderd van het kwarttarief en moeten dus wachten op een gunstige regeling tot ze 40 jaren oud zijn.